Seniorenquiz
- Stippel je route op voorhand uit. Noteer de belangrijkste kruispunten en aanwijzingen op een papiertje.
- Laat je fiets nooit zonder slot achter en gebruik altijd verschillende types sloten. Zeer moeilijk open te breken is een discusslot (Dat is een slot met een ronde vorm. Door de kleine beugelopening is er bijna geen mogelijkheid om de beugel open te breken). Bevestig je slot telkens aan vaststaande elementen zoals bijvoorbeeld een fietsenstalling, een ijzeren bruggetje,... Ga met je slot door het frame, het voorwiel én een vaststaand element.
- Houd altijd rekening met de staat van het wegdek. Kasseien en wegmarkeringen zijn bij nat weer vaak glad, maar ook tramsporen zijn zeer verraderlijk.
- Neem altijd een gsm mee om bij problemen snel hulp in te schakelen. Breng voor je vertrekt familie of vrienden op de hoogte van je plannen. Het is veiliger en wie weet, misschien willen ze wel mee?
- Draag zoveel mogelijk een fietshelm. Het mag er dan niet zo galant uitzien, het kan je leven redden.
- Zet je boodschappen op een bagagedrager. Of nog beter, ga voor handige fietstassen.
- Even je arm uitsteken om aan te geven dat je wil afslaan? Wettelijk hoeft het niet meer, maar het is zo veel veiliger.
- Zorg dat je fiets altijd technisch top is. Voorzie ook voldoende verlichting en ga daarin gerust nog een stapje verder dan wettelijk verplicht: fluovestje, reflectoren, extra ledlichtjes,... Hoe opvallender, hoe veiliger.
- Blijf je altijd goed bewust van je omgeving en blijf alert. In het bijzonder voor openzwaaiende autodeuren, automobilisten die geen voorrang verlenen of voetgangers die roekeloos oversteken.
- Gebruik het fietsopstelvak om bij een rood licht veilig af te stappen. Zodra het groen wordt, kan je als eerste het kruispunt oprijden. Anticipeer daarbij op de manoeuvres van andere voertuigen, vooral van vrachtwagens die een dode hoek hebben.